Terug naar Actueel

Truus Havikhorst (86) haar man Martin ging tot zijn overlijden in augustus 2024 gedurende een jaar twee en soms drie dagen naar zorgboerderij ’t Hamel in Wijhe. Het bracht hem heel veel plezier, zij kon even bijkomen van de intensieve zorg en het spaarde opname in een verpleeghuis en daarmee hoge kosten voor de maatschappij uit.

Truus heeft nog altijd heel warme herinneringen aan de positiviteit die de zorgboerderij in hun leven bracht. “We hebben ons hele leven altijd hard gewerkt. We hadden eerst beiden een eigen zaak: hij een installatiebedrijf en ik een platenzaak. Daarna hebben we nog 25 jaar samen een zaak in vloerverwarming gehad tot 2017.

Martin was altijd van de contacten, altijd tussen de mensen. Toen hij door ziekte lichamelijk steeds minder kon, werd het leven moeilijker. De zorgboerderij was een ideale plek voor hem: goede verzorging, veel te praten én ze maakten er samen van alles mee.”

Truus bleef die dagen thuis en draaide veel wasjes. “In de dagen dat Martin thuis was, kon ik niet veel doen. Hij had me heel veel nodig. Ik vond het prettig even mijn eigen gang te gaan als hij op de zoprgboerderij was, ik kon de was doen en lezen. En als Martin dan om 16 uur weer thuis kwam, dronken we steevast een glaasje sinaasappelsap en een wijntje en namen we de dag door. Die gezellige gesprekjes mis ik nog steeds.”

De relaties die Martin opbouwde op de zorgboerderij bleven warm, ook na zijn overlijden. Truus: “Ik krijg nog steeds wel eens een telefoontje van zorgboerin Anouk en we zijn altijd welkom voor een kopje koffie. En staigaire Indy die er destijds was, heeft nog altijd zijn camera en stuurt wel eens een mooie foto. Dat was zo leuk, dat Martin zijn fotografie kennis aan haar kon overdragen en dat ze er net zoveel plezier in had als hij. Ze lijkt op onze kleindiochter. Toen hij zijn mooie Canon aan haar overhandigde, had iedereen tranen in de ogen.”

Martin was invalide geworden door een val van een ladder en diverse ziektes, zoals Parkinson. Op de zorgboerderij werd hij liefdevol verzorgd. “De medewerkers daar zijn ook heel betrokken. Ze duwden hem dagelijks in een rolstoel het bos door, en plukten met hem bloemen. Die nam hij dan voor mij mee, net als andere lieve dingen. Ook de schaapjes en de ezel vond hij heel leuk.”

Truus is nog altijd blij dat de WMO consulent van de gemeente de zorgboerderij kende. “Ik had nog nooit van zo’n plek gehoord, maar het was precies iets voor hem. Ik gun het iedereen.” Zou ze zelf niet naar de zorgboerderij willen? “Nee, ik ben een ander mens. Ik lees veel en organiseer mijn leven zelf. Martin zijn ene zoon is overleden, zijn andere zoon leeft nog en we hadden het geluk dat we samen nog een dochter kregen, ook al zou ik ovruchtbaar zijn. Zij woont 100 meter verderop, ik ben rond het onderlijden van Martin daarheen verhuisd. We zouden daar samen gaan wonen, maar dat is niet meer gelukt. Martin is op zijn 89e verjaardag gecremeerd.”